17 februari 2007
Om 6.45 uur opgestaan het is gelukkig droog maar vannacht is er weer behoorlijk wat gevallen. We gaan naar het zuiden dus het moet beter worden. Wat wel duidelijk is, is dat zomer aan de Sunshine Coast geen zon hoeft te betekenen. We besluiten via de snelweg te gaan want het moet wel een beetje opschieten. Nog even een Australische wereldstekker gehaald want de Commonwealth stekker past mooi niet. Gelukkig hadden ze er één waar je NLse stekkers in kan doen. Op naar de benzinepomp voor diesel. Wel de goede pakken hoor! En ja, wat hoor ik daar SHIT.
Probeert Martin diesel in de watertank te gooien. Gelukkig lukt dat niet maar het leed is al geschiedt. Een beetje in de tank en een boel ernaast. De tank staat op 0,72 l dus het kan nooit veel zijn. Er ligt nl. een boel op de grond. Nou dat is fijn dan. De rest gewoon in de dieseltank gegooid. Jezus, dit is K. Naar de parkeerplaats gereden om even na te denken. We bellen toch KEA maar. Ze gaat het voor ons navragen bij een techniker en belt dan terug. We kunnen gewoon verder rijden, 10 minuten later gaat de telefoon. Ja met Kim. Het advies is goed uit/doorspoelen eventueel met heet water tot de tank helemaal leeg is. Je kunt het eventueel naspoelen met 3 a 4 liter Methalyted Spirits (waarschijnlijk spiritus). En dan weer naspoelen natuurlijk. Jeetje, wat vervelend allemaal en nu net dat het weer een beetje meezit. Mooie Australische wolken met af en toe de zon. We besluiten maar over de snelweg te blijven rijden en niet in Surfers Paradise te gaan kijken. We hebben immers nog genoeg te doen vandaag.
Vrijwel meteen doorgereden naar Cape Byron het meest oostelijke puntje van het Australische vasteland. Naar de vuurtoren en de rotsen gelopen na een uurtje weer verder op zoek naar een camping. Vlakbij het plaatsje Ballings vinden we een mooie Big4. Dit is de tweede Big4 camping waar we staan en het blijken echt prachtige campings te zijn precies zoals wij het willen. Daar gevraagd of ze een “waste”plaats voor de camper wisten. De campingeigenaar kon wel even helpen hij had op de camping een “waste”-plaats. Hij vertelde dat de watertank onder de camper hing dus dat je waarschijnlijk de wateraanvoerslang wel los kon draaien. Met een grote sleutel draaide hij onder de camper het slangetje van de watertank zodat het water direct kon weglopen zonder dat het in het systeem kwam. En ja hoor je rook het al. Naderhand zag je de diesel drijven in de plas water. Goh wat zit er dan veel water in zo’n tank. Nadat de tank helemaal leeg was deze weer gevuld en weer geleegd. Na een aantal keer bleef het nog steeds stinken dus maar meteen naar de supermarkt voor de spiritus en een trechter. Want hoe krijg je anders spiritus in de watertank. Een stuk afsnijden van de tuinslang en met plakband bevestigen aan de trechter. Op de parkeerplaats van de supermarkt meteen de vier liter spiritus erin gegoten. Zodat dat alvast flink kon schudden tijdens het rijden. Flink remmen en optrekken en een heuveltje op en af. Nou nu is het wel de hele tank door. Op de camping de tank weer geleegd en gevuld en tussendoor weer een rondje rijden. Nu ruikt het allemaal naar spiritus als we de tank legen.
Na dit ritueel nog ongeveer 5x herhaald te hebben maar naar het campingplekje want het is al over achten en we hebben honger. Martin gaat douchen want die moest elke keer onder de camper kruipen om de slang los en vast te maken. Sonja maakt de salade met een lekker broodje klaar want we hadden al voorzien dat het laat zou worden. We zitten in New South Wales wat inhoudt dat het nog een uur later is. Dus tien uur tijdsverschil met NL. Wat wel grappig is dat hier in het toiletgebouw de radio instaat, echt lachen.